Iemand die stottert, herhaalt klanken of worden, verlengt ze of heeft een andere blokkade bij het spreken. Bij volwassenen wordt stotteren meestal snel herkend, maar bij kleine kinderen ligt dat anders.
Peuters en kleuters zijn zich nog volop aan het ontwikkelen, bijvoorbeeld op het gebied van spraak en taal. Het kan dus lastig zijn om te bepalen of er een probleem is, of dat je kind druk bezig is zich te ontwikkelen.
Wat denkt mijn kind ervan?
Een kind dat stottert, kan daar zelf veel last van hebben. Stotteren bij kinderen kan leiden tot frustratie, omdat praten een belangrijke manier is om je te uiten en stotteren dat kan belemmeren.
Kinderen kunnen zich ook gaan schamen. Dat kan er voor zorgen dat je kind bepaalde woorden gaat vermijden, meer gebaren gaat gebruiken in plaats van woorden of zelfs helemaal niet meer wil spreken.
Schaamte en onzekerheid kunnen erger worden als je kind vervelende reacties uit de omgeving krijgt. Soms worden mensen ongeduldig of weten ze niet hoe ze moeten reageren op iemand die niet vloeiend praat en maken ze bijvoorbeeld woorden of zinnen af voor de stotteraar. Ook worden kinderen die stotteren soms gepest door leeftijdsgenootjes.
(Hoe) gaat het weer over?
Stotteren bij kinderen kan vanzelf overgaan. Die kans is het grootst als je kind nog jong is. Naarmate het kind ouder wordt, wordt de kans dat het probleem vanzelf wordt opgelost, kleiner.
Als je je zorgen maakt over het spreken van je kind, kun je een verwijzing vragen naar een logopedist, bij bijvoorbeeld je huisarts of consultatiebureau. Logopedisten zijn gespecialiseerd in het onderzoeken van problemen op het gebied van spraak, ademhaling, eten en drinken en ander mondgedrag.
De logopedist kan onderzoeken of er iets aan de hand is met je kind. Als de logopedist denkt dat je kind inderdaad stottert, kan hij of zij je kind ook behandelen. Dat klinkt misschien spannend en heftig, maar er wordt van alles gedaan om het leuk te maken voor de kinderen. Met veel spelletjes en speelmateriaal kan een logopedist het kind helpen vloeiender te spreken. Vaak worden ook de ouders en de eventuele school bij de therapie betrokken, zodat ook zij het kind kunnen helpen. Zo kunnen jullie er samen voor zorgen dat je kind weer met zelfvertrouwen spreekt en kan zeggen wat hij of zij te zeggen heeft.